Alkmaar | Andijk | Drechterland | Enkhuizen | Harenkarspel | Heerhugowaard

Hoorn | Langedijk

West-Friesland

Medemblik | Niedorp

Noorder-Koggenland

Obdam | Opmeer

Schagen | Stede Broec | Venhuizen | Wervershoof | Wester-Koggenland | Wognum

West-Friesland | Noord-Holland | Omringdijk | Intro | Zoeken | Colofon | Aanmelden

West-Friesland

West-Friesland
Vlag
Volkslied
Nieuws

West-Friesland...
het land waar wij wonen


Inleiding
1. Tussen water en wind
2. Oud en nieuw land
3. Wie is de Westfries
4. Boer in West-Friesland
5. Bouwers en Tuinders
6. Van dingen die gingen
Nawoord

West-Friesland, land om van te houden

Andijk
Drechterland
Enkhuizen
Hoorn
Medemblik
Noorder-Koggenland
Obdam
Opmeer
Stede Broec
Venhuizen
Wervershoof
Wester-Koggenland
Wognum


Andijk
Bovenkarspel
Grootebroek
Hoogkarspel
Lutjebroek
Wervershoof
Westwoud
Zwaagdijk

 

VVV

Provincie Noord-Holland

Noordhollands Dagblad

 

West-Friesland... het land waar wij wonen

Bouwers en Tuinders

Nieuwe afzetgebieden, teelten en verkaveling

De aanleg van de spoorlijn van Amsterdam naar Hoorn in 1884 en Enkhuizen in 1885 veroorzaakte een uitbreiding van afzetmogelijkheden. Te zelfder tijd onderging de industriebevolking van het Rurhgebied een krachtige uitbreiding, terwijl ook een verandering in voedingsgewoonten optrad. Allemaal oorzaken die tot uitbreiding van het tuinbouwareaal leidden, alsmede tot de vergroting van het aantal soorten groenten en andere gewassen. Goede jaren volgden, maar ja, 'alle taie hewwe weer taie', of anders gezegd: voor- en tegenspoed wisselden elkaar af. Een korte crisis In 1921, een langere en voor velen funeste na 1931. Het was een hard bestaan voor de Westfriese tuinders. 'De rotte lagge dood voor de kast', was de veel gehoorde kenschets van die tijd.

Het menu uit de vorige eeuw bestond in hoofdzaak uit meelspijzen en peulvruchten. Langzamerhand voltrok zich echter een verandering in de richting van de aardappel en groenten. Nieuwe aardappelen werden zelfs als 'primeur' op de markt gebracht. Toen Duitsland in 1932 zijn grenzen sloot, werden alle onverkochte 'Holl�ndische Kartoffeln' op grote hopen langs de spoorlijn bij Hoogkarspel gestort. Onverkoopbaar.
De huidige aardappelteelt richt zich voor een belangrijk deel op het verbouwen van poters. Het tamelijk rauwe klimaat in onze streek voorkomt virus-ziekten, hetgeen de kwaliteit van het pootgoed gunstig be�nvloedt.

In 1675 overstroomde zo'n groot deel van West-Friesland, dat in de Bangert alle bessentuinen op twee na werden verwoest. De 'aalbezieloof-plantagies' die nadien werden herplant trokken veel belangstelling. Ze werden als bezienswaardigheden getoond aan buitenlandse reizigers.

 
Na de oorlog ging het economisch wel wat beter, maar toen bleek alras dat de bedrijfsvoering op de duizend en een eilanden voor de Langedijkers en de Strekers bepaald geen sprookje uit 'duizend en een nacht' was. Anders gezegd: de vaarpolder moest rijpolder worden, het land beter verkaveld, de waterstand fors verlaagd.
Er moest met machines gewerkt kunnen worden om duur geworden arbeidskrachten uit te sparen. Dat kon alleen lonend zijn op flinke stukken aaneengesloten land. Produkten moesten met voertuigen langs verharde wegen worden aan- en afgevoerd, want de tractor en vrachtauto hadden de schuit en de trein verdreven. West-Friesland ging wat men noemt op de schop, dat wil zeggen, het tijdperk van de grote ruilverkaveling was aangebroken. Met het Geestmerambacht was vrijwel het hele westelijke deel van de regio onder handen genomen. In het oosten volgden de Drieban en het Grootslag en de rest van het gebied, zodat alleen de Gouw (het gebied rond Hoogwoud) en de Schagerkogge nog in hun oude staat zijn.
Wat deze veranderingen te betekenen hebben gehad, of nog zullen hebben, is in dit stadium moeilijk te schatten. Een vergelijking met het verleden is mogelijk, maar een voorspelling voor de toekomst blijft even riskant als het beroep van de tuinder zelf.

Het model van de 'veldersschuiten' uit de Streek en de Langedijk... Het model van de 'veldersschuiten' uit de Streek en de Langedijk wijkt niet veel af van dat uit de 14e eeuw. Het Zuiderzee Museum en de Broeker veiling hebben verschillende min of meer gave exemplaren bewaard.

De onbeheersbare natuur speelt alsnog een grote rol. Maar dat men zal proberen die rol te verkleinen staat wel vast, was het alleen maar door ook andere groenten dan witlof geheel binnenshuis in ge�soleerde en kunstmatig verlichte bouwwerken te telen. Het is nog niet te overzien of deze kapitaalsintensieve teeltwijze het zal kunnen winnen van de energieslurpende warme kassen. Op 21 december, uitsluitend gekleed in een zwembroek bij een lekker temperatuurtje, zomergroenten snijden zonder last te hebben van regen of wind; het lijkt een wonderlijk vooruitzicht. 'Wie weet nog hoe', was vroeger de naam van een herberg aan het Keern bij Hoorn.
'Wie weet nog hoe' geldt ook voor de toekomstige veranderingen in de tuinbouw.

 

Vorige pagina <> Volgende pagina

 

Bovenstaande tekst is overgenomen uit: "West-Friesland... het land waar wij wonen"
Uitgave: Rabobanken West-Friesland, © oktober 1984